Wijkverpleging zMW; volledige aandacht voor die ene cliënt!

De zorg geven die je wil. Met aandacht voor de cliënt die voor je staat. Dat is wat wijkverpleging kenmerkt volgens deze ervaringsdeskundigen van zMW.

“Ik heb het heel erg naar mijn zin en merk dat ik goed vaar bij de afwisseling.”
“Toen ik eenmaal werkte in de wijkverpleging had ik zoveel energie, ik wist niet wat me overkwam.”
“Na een dagje meelopen ben ik overstag gegaan, en ik heb geen dag spijt gehad.”

Petra Ebbeng, Betsy Kremer en Manon Duifhuis winden er geen doekjes om. Als ze praten over hun werk in de wijk, proef je hun enthousiasme en beleving tussen de regels door. Manon, mbo-verpleegkundige, is met haar 28 jaar de jongste van de drie. Toch is zij al enige jaren actief in Team West Maas en Waal. “Ik solliciteerde destijds eigenlijk voor een functie in St. Elisabeth. Maar ik werd gevraagd voor het extramurale team. Na een dagje meelopen ben ik overstag gegaan. Ik vind het heel mooi dat je in de wijk alle tijd die je beschikbaar hebt kunt besteden aan de cliënt die voor je staat.”

Het roept herkenning op bij Betsy (verzorgende IG) die vanaf de start onderdeel uitmaakte van het Team Wijkverpleging. Naast die een-op-eenaandacht ziet zij het grote gevoel van vrijheid in haar werk als een pluspunt. “Tuurlijk heb je je verantwoording af te leggen. Maar je hebt ook min of meer je eigen tokootje. Je adviseert je cliënten, beslist zelf of je de huisarts of huisartsenpost belt om even te overleggen: die vrijheid vind ik heerlijk.”

Die vrijheid gaat volgens de drie wijkzorgmedewerkers nooit over in een gevoel van er alleen voor staan. Het beeld dat je als verzorgende of verpleegkundige in de wijk geen collega’s hebt waar je op kunt terugvallen, klopt niet vertelt Petra. “Ook ik spar en overleg met mijn collega’s – meestal gebeurt dat alleen telefonisch. Ook hebben we de verpleegkundige dienst die we kunnen bellen. Dat neemt niet weg dat je vindingrijk moet zijn. Je moet weten hoe je dingen kunt oplossen.”

Het is misschien dan ook geen toeval dat zowel Manon en Betsy als Petra eerst intramuraal hebben gewerkt voordat zij de overstap naar de wijk maakten. Iets wat zij als een groot voordeel zien. De ervaring die je intramuraal opdoet, is heel zinvol in de wijkverpleging, vindt Manon. “Je komt intramuraal zoveel verschillende zorgvragen tegen.” Betsy: “Als je daar al eens gezien hebt hoe je de voedingszakken van een maagsonde moet aansluiten, dan is dat toch wel makkelijker als je er in de wijk mee geconfronteerd wordt.”

Terug naar intramurale zorg zien ze alle drie niet gebeuren. Daarvoor zijn ze inmiddels te zeer gehecht aan hun zelfstandigheid, vrijheid en de band die je opbouwt met cliënten – mede doordat je echt in huis bij cliënten komt. “De waardering voor ons werk is groot”, vertelt Petra. “Dat uit zich op verschillende manieren. Laatst kreeg ik twee sinaasappels in mijn hand gedrukt: ‘hier heb je wat vitamientjes’. Ja, dan voel je wel die dankbaarheid.”